4.1.2.        Animatie

Om een getalwaarde of een hoekwaarde continu te wijzigen, kies voor de tekenmodus  Verplaatsen, klik daarna op het getal of op de hoekwaarde en druk op de + of – toets.

 

Indien je één van deze toetsen ingedrukt houdt, dan ontstaat een animatie.

 

Voorbeeld: indien de coördinaten van een punt afhankelijk zijn van een parameter p zoals in het punt P = (2 p, p), dan zal dat punt zich volgens een rechte bewegen wanneer je de parameter p continu wijzigt.

 

Met behulp van de pijltjestoetsen kan je om het even welk vrij object willekeurig verplaatsen op voorwaarde dat je de modus  Verplaatsen hebt geactiveerd (zie Animatie; zie modus  Verplaatsen).

Opmerking: je kan de stapgrootte van de verplaatsing instellen via het Eigenschappenvenster van dit object.

 

Toetsencombinaties

·        Ctrl + pijltjestoetsen...10*stapgrootte

·        Alt + pijltjestoetsen...100*stapgrootte

Related Topics

4.1. Algemene opmerkingen


www.geogebra.org